Radijsjes met moestuinchermoula
Radijsjes zijn zowat de makkelijkste groenten in de moestuin. Oudere mannen op de volkstuintjes lachen me altijd uit wanneer ik ze trots mijn radijzen in verschillende kleuren en formaten toon. “Dat groeit zelfs onder mijn bed” zeggen ze dan. Maar ze hebben gelijk. Steek een zaadje in de grond en binnen een paar weken heb je een radijs. Van een mooi, rood knolletje tot lange witte ijspegels en alles daartussen. Radijsjes at ik vroeger altijd uit het vuistje met een beetje zout op. Enkele jaren geleden mengde ik de fijngesneden knolletjes met wat platte kaas en verse kruiden tot een heerlijk beleg op roggebrood. Maar goed, soms mag het wat meer zijn. Deze week waren er een hele hoop radijzen oogstklaar. Ik besloot om ze klaar te maken met een soort chermoula.
Chermoula is een Noord-Afrikaanse marinade waar geen exact recept van bestaat. Elke familie heeft een eigen versie. Citroen, olie, knoflook en verse kruiden zijn een must. Verder kan er naar hartenlust geëxperimenteerd worden. Komijn, saffraan of gerookt paprikapoeder zijn een ideale toevoeging. Deze frisse marinade kun je gebruiken voor vlees of vis, maar ook voor groenten. Mijn versie van de chermoula is makkelijk en in no time klaar. Het helpt natuurlijk wel als je een moestuin hebt met een grote verscheidenheid aan verse kruiden maar ik heb het gevoel dat je oneindig kan variëren en het resultaat bijna altijd goed zal zijn.
In mijn moestuin staat er oregano, citroenmelisse, tijm, munt en lente-ui. Perfecte combo om in een chermoula te draaien dacht ik. Wat heb je voor de rest nog nodig?
Ingrediënten voor 4 personen als bijgerecht:
20-tal blaadjes citroenmelisse
5 takjes oregano
5 takjes tijm
20-tal muntblaadjes
Loof van 5 radijzen
Paar blaadjes spinazie
1 teen knoflook
1 el graanmosterd
1 dl zonnebloemolie
Zeste + sap van 1 citroen
Peper en zout
20-tal radijsjes in verschillende kleuren en formaten.
Doe alle kruiden samen met het loof van de radijsjes, de spinazie, de knoflook de olie en de graanmosterd in een blender. Rasp een volledige citroen en doe de rasp erbij. Pers vervolgens een kwart citroen en doe het sap mee in de blender. Blend tot een fris-groene massa. De spinazie zorgt ervoor dat je een mooie kleur groen krijgt.
Verhit een pan en stoof de in twee gesneden radijsjes in een scheutje zonnebloemolie. Wanneer ze bijna gaar zijn voeg je 2 el van de chermoula toe en schud je de pan op tot alles mooi bedekt is. Kruid nog even met peper en zout en doe in een mooi kommetje. Doe er nog wat extra verse chermoula op en je hebt een heerlijk bijgerecht. Wij aten het met Mechelse koekoek, maar deze radijsjes passen bij alle gerechten die de lente inluiden.
De chermoula kan je nog een dikke week bewaren inde koelkast. Gebruik hem overal waar je denkt dat er iets fris en kruidig bij zou passen. Zo maakte ik gisteren een simpele slasoep die een helemaal andere dimensie kreeg met een lepeltje van deze chermoula erin.
Enjoy!